Verwondering

Dagelijkse overdenking; Week 81, dinsdag

Psalm 8, De majesteit van de HEERE
‘1 Een psalm van David, voor de koorleider, op ‘De Gittith’. 2 HEERE, onze Heere, hoe machtig is Uw Naam op de hele aarde! U Die Uw majesteit getoond hebt boven de hemel. 3 Uit de mond van kleine kinderen en zuigelingen hebt U een sterk fundament gelegd, omwille van Uw tegenstanders, om de vijand en wraakzuchtige te laten ophouden.
4 Als ik Uw hemel zie, het werk van Uw vingers, de maan en de sterren, die U hun plaats gegeven hebt, 5 wat is dan de sterveling, dat U aan hem denkt, en het mensenkind, dat U naar hem omziet? 6 Toch hebt U hem weinig minder gemaakt dan de engelen en hem met eer en glorie gekroond. 7 U doet hem heersen over de werken van Uw handen,
U hebt alles onder zijn voeten gelegd: 8 schapen en runderen, die allemaal, en ook de dieren van het veld, 9 de vogels in de lucht en de vissen in de zee, al wat over de paden van de zeeën gaat.
10 HEERE, onze Heere, hoe machtig is Uw Naam op de hele aarde!’

Jesaja 40:12-15, God alleen is de Machtige
‘12 Wie heeft de wateren met de holte van zijn hand opgemeten,
of van de hemel met een span de maat genomen, of het stof van de aarde met een maatbeker gevat, of de bergen gewogen in een waag,
of de heuvels op een weegschaal? 13 Wie heeft de Geest van de HEERE gepeild en wie heeft Hem als Zijn raadsman onderwezen? 14 Met wie heeft Hij beraadslaagd dat hij Hem inzicht zou geven, Hem het pad van het recht zou leren, Hem kennis bij zou brengen of Hem de weg van veel verstand zou doen kennen? 15 Zie, de volken worden beschouwd als een druppel aan een emmer, als een stofje op de weegschaal. Zie, Hij heft de eilanden op als fijn stof.’

DE MAJESTEIT VAN GOD

Gisteren schreef ik al dat we in de natuur kunnen zien hoe God Zich laat zien in Zijn schepping en Zijn schepping laat voortbestaan. Seizoen na seizoen wisselt zich af, precies zoals God gezegd heeft tegen Noach. Dit lezen we in Genesis 8:20-22: ‘En Noach bouwde een altaar voor de HEERE; en hij nam van al het reine vee en van alle reine vogels, en bracht brandoffers op dat altaar. 21 En de HEERE rook die aangename geur, en de HEERE zei in Zijn hart: Ik zal de aardbodem voortaan niet meer vervloeken vanwege de mens; de gedachtespinsels van het hart van de mens zijn immers slecht, van zijn jeugd af; en Ik zal voortaan niet al het levende meer doden, zoals Ik gedaan heb.22 Voortaan, al de dagen van de aarde, zullen zaaitijd en oogsttijd, koude en hitte, zomer en winter, dag en nacht niet ophouden.’

De afwisseling van de seizoenen is uiteindelijk als een soort ring. Het ene seizoen volgt op het andere en kan niet zonder het andere. Ieder seizoen is nodig. Ze horen bij elkaar en sluiten op elkaar aan. In de afwisseling van de seizoenen zien we de trouw van God.

Dat is iets om je over te verwonderen: Gods trouw en hoe Hij dat laat zien in de wereld om ons heen. Waar zoveel ontrouw is, is God trouw aan Zijn beloften. Hij laat ons dat zien, ervaren, proeven, ruiken en horen. We hebben onze zintuigen om ons te verwonderen over de pracht die God heeft geschapen en aan ons heeft toevertrouwd. Zet je hart open voor al die pracht!

Lees eens goed wat er staat in Jesaja 40:12-15 en volgend. Raak je niet onder de indruk van de grootheid van God? De manier waarop dit is opgeschreven getuigt van speelsheid en plezier. God heeft plezier in wat Hij heeft geschapen. Of psalm 19:1-4 dan: ‘Een psalm van David, voor de koorleider. 2 De hemel vertelt Gods eer, het gewelf verkondigt het werk van Zijn handen.3 De ene dag spreekt overvloedig tot de andere, de ene nacht geeft kennis door aan de andere. 4 Geen spreken is er, geen woorden zijn er, hun stem wordt niet gehoord’.

Alles in de schepping getuigt van Gods eer, van Zijn grootheid. Probeer je eens in te denken hoe de dag spreekt tot de dag en de nacht kennis doorgeeft aan de nacht. Dat is toch magnifiek. Alles in de schepping maakt God groot, ze vertellen het elkaar! Prachtig toch!

En dan denk ik aan ons. Vertellen wij elkaar over de grootheid van God. Over zijn goedheid. Geven wij kennis door, genieten wij van het moois dat we iedere dag in de natuur zien en verwonderen wij ons daarover? (en dan heb ik het nog niet eens over geboorten, genezingen, verlossing en bevrijding!) Verheugen wij ons in het feit dat God trouw is, de wereld in Zijn hand houdt en zorgt dat er overal een tijd voor is? Of richten we ons op teleurstelling, op wat niet gaat zoals wij zouden willen en maken we onze problemen zo groot als wolkenkrabbers?

Gebruik je zintuigen, gebruik je voorstellingsvermogen!
Oswald Chambers schrijft daarover: ‘Is jouw voorstellingsvermogen van God verflauwd? Kijk omhoog: wie heeft dit alles geschapen? Jesaja 40:26. Het volk van God had in Jesaja’s dagen zijn voorstellingsvermogen laten verflauwen door het staren op de gezichten van zijn afgoden. Maar Jesaja liet hen opzien naar de hemel, dat wil zeggen: hij liet hun voorstellingsvermogen weer toenemen. In elke wind die waait, in elke dag en nacht van het jaar, in elk teken van de lucht, in elk bloeien en verwelken op de aarde komt God werkelijk tot ons, als wij maar ons verflauwde voorstellingsvermogen willen gebruiken om het in te zien. Een van de oorzaken van verkeerd bidden is dat we ons voorstellingsvermogen verloren hebben. We kunnen ons zelfs niet meer voorstellen dat we onszelf bewust voor God plaatsen. Voorstellingsvermogen is de macht die God de heilige geeft om uit zichzelf te treden en zich in relaties te begeven waarin hij nog nooit geweest is.’

Ik vind het mooi dat Chambers oproept om ons voorstellingsvermogen te gebruiken. God doet niet anders. Hij schilderde, tekende, kleurde en creëerde de prachtigste dingen. En wij zijn geschapen naar Zijn beeld. Ook wij hebben iets van die creativiteit gekregen.

Gebruik je voorstellingsvermogen om te genieten van alle pracht die God heeft geschapen waarvan Hij zo genoot en nog steeds geniet. Hij schiep het niet alleen voor zichzelf maar ook voor ons. Geniet en vertel het door hoe gaaf God is! Dat zal zeker je hart raken.

Opwekking 709, ‘De hemel vertelt van Gods heerlijkheid’