Veiligheid en vertrouwen

Week 65, vrijdag

Psalm 91 NBV
‘1 Wie in de beschutting van de Allerhoogste woont en overnacht in de schaduw van de Ontzagwekkende, 2 zegt tegen de HEER: ‘Mijn toevlucht, mijn vesting, mijn God, op u vertrouw ik.’ 3 Hij bevrijdt je uit het net van de vogelvanger en redt je van de dodelijke pest, 4 hij zal je beschermen met zijn vleugels, onder zijn wieken vind je een toevlucht, zijn trouw is een veilig schild. 5 De verschrikking van de nacht hoef je niet te vrezen, ook de pijl niet die overdag op je afvliegt, 6 noch de pest die rondwaart in het donker, noch de plaag die toeslaat midden op de dag. 7 Al vallen er duizend aan je linkerzijde en tienduizend aan je rechterhand, jou zal niets overkomen. 8 Open je ogen en zie hoe wie kwaad doen worden gestraft. 9 U bent mijn toevlucht, HEER. Als je mag wonen bij de Allerhoogste, 10 zal het kwaad je niet bereiken, geen plaag je tent ooit treffen. 11 Hij vertrouwt je toe aan zijn engelen, die over je waken waar je ook gaat. 12 Hun handen zullen je dragen, je voet zul je niet stoten aan een steen. 13 Leeuw en adder zul je vertrappen, roofdier en slang vermorzelen. 14 ‘Ik zal bevrijden wie mij liefheeft en beschermen wie met mijn naam vertrouwd is. 15 Roep je mij aan, ik geef antwoord, in de nood zal ik bij je zijn, je bevrijden en met roem overladen, 16 je overvloed geven van dagen. Ik zal je redding zijn.’

Openbaring 19:11 HSV
‘En ik zag de hemel geopend, en zie, een wit paard, en Hij Die daarop zat, werd getrouw en waarachtig genoemd (Trouw en betrouwbaar NBV)’.

GOD IS JE BESCHERMER EN REDDER

God als beschermer en redder klinkt prachtig. Maar waarvan moet je gered worden en waartegen dan beschermd?

Laat ik gelijk maar eens vers 3 t/m 6 van psalm 91 erbij pakken: ‘Hij bevrijdt je uit het net van de vogelvanger en redt je van de dodelijke pest, 4 hij zal je beschermen met zijn vleugels, onder zijn wieken vind je een toevlucht, zijn trouw is een veilig schild. 5 De verschrikking van de nacht hoef je niet te vrezen, ook de pijl niet die overdag op je afvliegt, 6 noch de pest die rondwaart in het donker, noch de plaag die toeslaat midden op de dag’.

God redt en bevrijdt lezen we in vers 3. Hij redt ons uit het net van de vogelvanger en redt ons van de dodelijke pest. Gisteren zei ik dat we niet alles kunnen vergeestelijken omdat er soms geen antwoorden zijn. Ik wil dit vandaag wel min of meer vergeestelijken, maar dan als ‘in de geestelijke wereld’.

Een net van de vogelvanger, staat er. We hebben daar vast wel een beeld bij. De vogelvanger is er op uit om de vogel ‘gevangen te nemen’. Om het diertje van zijn vrijheid te beroven. In de Herziene Staten Vertaling en in de NBG staat ‘de strik van de vogelvanger’. Daar klinkt het idee van een hinderlaag in door. Hij houdt zich schuil en slaat opeens toe vanuit het niets en komt bij verrassing.

En als we kijken naar de dodelijke pest dan denk ik aan ratten, dieren die niet de meest vriendelijke naam en uitstraling hebben. Denk daarbij ook maar eens hoe het als scheldwoord wordt gebruikt voor geniepigheid of achterbaksheid. Via ratten kwam de pest een land binnen kwam door middel van schepen, waarop ze zich hadden verstopt in het donker en aan land hun weg snel vonden via de weg van vuilnis en voedsel in de huizen en zo de dodelijke pest brachten.

Maar neem het woord ‘pest’ ook eens apart. Tegenwoordig is het nog steeds iets wat onze aandacht heeft, maar dan als werkwoord ‘pesten’. En met pesten zet je ook iemand gevangen en zelfs zodanig dat kinderen, jongeren en volwassen er in hun uiterste nood – als gevolg van pestgedrag – er voor kiezen om hun leven te beëindigen!

Hier komt bij mij ook de tekst naar boven waarin gesproken wordt over de boze die rondgaat en zoekt/speurt wie hij kan verslinden. 1 Petrus 5:8 Je wordt er akelig van, de gedachte dat hij een strik spant en wacht tot je erin loopt. Het idee dat hij in het donker rondgaat en zijn ‘ziektekiemen’ verspreidt. En als hij dat doet, als het hem lukt, dan trekt hij ons daarmee in zijn net, maakt hij ons ziek. En hij loert voortdurend omdat hij onze zwakte kent. Hij weet waar we gevoelig voor zijn en kent de gaten in ons ‘verdedigingsmechanisme’.

Wanneer we moe zijn, wanneer we ons zorgen maken zijn we een gemakkelijke prooi. Niet voor niets wordt hier genoemd de verschrikking van de nacht of de pest die rondwaart in het donker. Juist ‘s nachts kunnen we overvallen worden door zorgen, liggen we wakker en worden problemen groter en groter. Overdag worden we geconfronteerd met zo enorm veel ellendige informatie via alle media en apparaten dat ons hoofd bomvol zit. En op onze reactie daarop reageert de boze. Hij gebruikt ons gedrag tegen ons. Hij leest aan ons gedrag af hoe we ons voelen en hoe we denken en reageert daarop met fluisteringen die misleidend en leugenachtig zijn. Dat is zijn wapen en dat zijn zijn pijlen. De ziektekiemen die overgebracht worden, het net dat hij aan het spannen is, is bedoeld om ons te roven van onze rust, van onze geborgenheid en onze veiligheid.

Het wordt zo – lijkt mij – wel duidelijk waarvan wij gered moeten worden en waartegen wij beschermd moeten worden. We moeten beschermd worden tegen de aanvallen van de boze.

We kunnen dat heel hard zelf doen, door te ontkennen of te vluchten, door veel Bijbelstudie en zelfs theologie studeren. Ja, maar het belangrijkste is dat je doet wat de Bijbel zegt: vluchten naar God en schuilen onder Zijn vleugels. Dat je de waarheid leert over wie God is, die waarheid aanneemt en Zijn waarheid als schild en wapen gebruikt.

De boze houdt geen stand tegen de liefde en de waarheid van God. De waarheid is Jezus, roep zijn naam en de boze vlucht. Want hij is niet tegen Jezus’ liefde bestand. Waar Jezus komt, komt licht. Daarom is het zo belangrijk dat je niet alleen leest dat Jezus licht is, maar dat je Jezus uitnodigt met Zijn licht. En dat je daarmee Zijn bescherming uitnodigt. Zijn beschermende waarheid waarop de pijlen van de boze afketsen.

Zoals vuur een leeuw op afstand houdt in de wildernis, zo houdt het licht van Jezus, zo houdt Gods beschermde liefde, de boze op afstand en hoef je niet bang te zijn. Hij brult, o ja, hij gaat rond, leugens, leugentjes en misleidingen rondstrooiend als ziektekiemen. Als de dodelijke pest. Maar jij weet je beschermt door de waarheid van Jezus. En die waarheid is dat jij de kroon bent op de schepping. Dat jij geliefd, uniek, gewild en kostbaar bent. Dat God alles voor jóu over had.

Laat je niet gevangen nemen door leugens, woorden van afwijzing, ontmoediging of teleurstelling. Trap niet in die strik. Maar laat je beschermen en bevrijden door de liefde van Jezus. Weet dat je Hem nodig hebt, elk moment. Want jij bent het waard om strijd om te voeren. Jij hebt Jezus nodig als je overwinnaar wilt zijn of wilt blijven. Want Hij is de grote overwinnaar!

Opwekking 763 ‘O mijn Heer, ik heb U nodig’.